column 2020;
Lidija Zelovic
Thuis in Meierijstad
Beholders; documentary dialogues. Een internationaal documentaire filmfestival, in het voor mij verre, exotische oord Meierijstad. Vorig jaar was ik erbij en inmiddels zijn we alweer een jaar verder. En wat een bizar jaar. Het voelt eigenlijk alsof er vier jaar tussen zit. En tegelijkertijd lijkt het alsof het nog maar een paar maanden geleden was dat ik opgehaald werd op Schiphol voor mijn reis naar het verre Brabant.
Henk, de chauffeur, liet me weten dat hij eerst wel langs mijn huis kon rijden, voordat hij de andere gasten van Schiphol zou ophalen. Daar moest ik niet aan denken, de arme man, die komt van zo ver en dan zou hij voor mij nog door het drukke Amsterdamse verkeer moeten rijden? Ik bleef me maar voorstellen dat Brabant een ver en rustig oord moest zijn. De organisatoren van Beholders spraken immers een taal die ik herkende, een taal van sociale waarden en normen waar ik mee ben opgegroeid. En ik kom van ver….ver hier vandaan.
Tegenwoordig is Amsterdam mijn thuis, dat ik voornamelijk verlaat via Schiphol. Het leek mij daarom van alle kanten toepasselijk om daar mijn collega’s uit Israël en Engeland te ontmoeten en samen met Henk naar het afgelegen Brabant af te reizen. Henk bleek niet zomaar een chauffeur, maar een succesvolle zakenman en bovendien de vader van een van de festivalorganisatoren. De trotse gepensioneerde vader, die zijn zoon wil ondersteunen. Precies! Mijn vader had het ook gedaan! De reis naar het exotische oord kon niet beter beginnen. De files om Amsterdam uit te komen waren zo lang dat onze reis naar het verre Brabant inderdaad ver bleek. Na zes uur rijden kwamen we aan in Zijtaart, net op tijd voor de vertoning van mijn film. Zijtaart, wat een bijzondere naam voor een dorp. Ik woon inmiddels langer in Nederland dan dat ik in Joegoslavië heb gewoond en toch vertaal ik in mijn hoofd nog steeds de namen van plaatsen. Zijtaart, zal het echt met een taart te maken hebben? In de lokale kroeg Kleijngeld (weer zo’n geestige naam, hoewel het waarschijnlijk om een achternaam gaat) zaten al meer dan twintig mensen op ons te wachten. Een mooie, lange blonde dame van mijn leeftijd (lees: in het hoogtepunt van haar leven) ontving mij met een prachtige brede glimlach. ‘Ik ben Rachel. Welkom!’ riep zij vol warmte en wees met haar handen naar de kroeg. Rachel introduceerde me hartelijk aan het publiek. De meeste mensen wisten niet precies waar mijn film over ging, maar ze hadden er duidelijk zin in. De spontane manier waarop deze mensen elkaar en mij benaderden en de openhartigheid in hun lichaamstaal zorgde ervoor dat ik me thuis voelde. Ik merkte zelfs een paar keer dat ik, middenin een zin, moest checken dat ik niet opeens mijn eigen taal sprak. Het gezelschap opende en er ontstond een interessant, uitvoerig en onverwacht gesprek. Ik kwam erachter dat alles bij Beholders is gebaseerd op bij elkaar zijn, mensen met elkaar verbinden die elkaar anders nooit zouden ontmoeten, lange gesprekken voeren over films in ruimtes waar je normaal gesproken geen films kunt bekijken.
De volgende dag in Veghel (ik dook diep in mijn oppervlakkige kennis van de Nederlandse taal, maar kon geen betekenis aan deze naam verbinden) was het even gezellig. In het “Magazijn” (en een magazijn was het!) op de Noordkade was het heel anders dan bij “Kleijngeld” in Zijtaart. Meer stads, modern, industrieel, maar even warm en vriendelijk. Een verlegen, beeldschoon meisje kwam naar me toe bij de bar. Ze droeg netjes een naambordje rechts op haar T-shirt. Meike (zo gespeld heb ik het nog nooit gezien) bleek de moderator voor mijn film hier. Mijn ervaring is dat zo’n zware film met zo’n jong meisje niet altijd de winnende combinatie is, maar ik had het ernstig mis. Net als Rachel was Meike zeer goed geïnformeerd, enorm goed voorbereid en het allerbelangrijkste: geïnteresseerd. In het “Magazijn” herkende ik twee bekende gezichten. Nee, ik kende ze niet van vroeger, maar ik pikte ze moeiteloos uit het publiek. Er was iets pijnlijks te zien in hun gezichten, een soort trekje dat ik ook zie als ik in de spiegel kijk. Zij keken naar de film, ik keek naar hen. De dames komen zeker uit mijn regio, dacht ik. Er zat een man naast hen en twee kinderen. Hij is Nederlands, ging door mijn hoofd. En de twee kinderen zullen bij de jongere dame horen en de man, bedacht ik me terwijl mijn film doorspeelde. Na afloop van de film kwamen ze naar me toe. De jongere dame was Edita. Zij kwam inderdaad ook uit Joegoslavië, ze woonde zelfs in mijn stad, Sarajevo. En nu woonde ze in Meierijstad….De andere dame bleek haar moeder te zijn. Ze pinkte een traantje weg en vertelde me dat de film over mijn familie ook over die van haar ging. Vandaar die specifieke trek… En de man zonder die trek was inderdaad de Brabantse familie aanwinst. Tot laat in de avond praatten we na in onze taal, wat alleen maar bewees dat ik hier thuis ben. Af en toe vertaalden we iets naar de Brabantse man die rustig naar ons keek, zoals ik naar hen keek toen mijn film draaide.
Het is Beholders gelukt mensen met elkaar te verbinden die elkaar normaal gesproken niet zouden ontmoeten. Het was een zeer geslaagd festival in mijn nieuwe thuisstad, Meierijstad. Ik kijk ernaar uit ook dit jaar weer naar Meierijstad af te reizen. Zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens…
Lidija Zelovic