Jola en Wiesiek zijn excentrieke handelaren uit Bytom, Polen. Samen met hun drie werknemers exploiteren zij misschien wel de grootste kringloopwinkel in Europa. De glorietijd is echter al voorbij nadat de mijnen in de buurt gesloten zijn en de werkloosheid in de stad toeneemt.
Verstoken van een kostwinning verpanden de inwoners van het Poolse Detroit steeds absurdere en nutteloze voorwerpen. noch de gekke verkoopplannen van Wiesiek, noch het grote hart van Jola helpen bij de groter wordende problemen. Zij helpt de klanten niet alleen met een vriendelijk woord, maar ook met een kop soep of een warme deken. Hoewel de kringloopwinkel verlies lijdt, wordt het ook een sociaal centrum voor de lokale samenleving. Al snel staan ze echter op de rand van een faillisement en wordt ook hun relatie op de proef gesteld. Met het onheil op de loer, doen de eigenaren nog één laatste poging om hun zaak en hun liefde te redden.